Cliënte werd ervan verdacht dat zij deel uitmaakte van een Zuid-Amerikaanse criminele organisatie die op festivals mobiele telefoons van feestend publiek stal. Mr. Van der Klaauw heeft bepleit dat er onvoldoende bewijs is dat cliënte wist van het bestaan van de criminele organisatie, en dat evenmin vaststond dat cliënte zelf enige handeling heeft verricht ter ondersteuning van de diefstallen.
De rechtbank (en later het Gerechtshof Amsterdam) is hierin meegegaan en is gekomen tot een volledige vrijspraak.
https://deeplink.rechtspraak.nl/uitspraak?id=ECLI:NL:RBNHO:2019:7752
Geef een antwoord